Inloggen
Service & Contact Securex.be
Inloggen

Blijven jobstudenten fiscaal ten laste?

Veel jongeren oefenen een studentenjob uit tijdens het weekend of in de schoolvakantie(s). Hun ouders stellen zich dan de vraag of zij nog fiscaal ten laste blijven. Logisch, want wie kinderen ten laste heeft, geniet van een belastingvoordeel.

Welk belastingvoordeel voor kinderen ten laste?

Ouders met kinderen ten laste hebben recht op een vermindering van bedrijfsvoorheffing.

Het bedrag van die vermindering is afhankelijk van het aantal kinderen. Hoe meer kinderen ten laste, hoe groter de vermindering:

Aantal kinderen ten laste Vermindering van bedrijfsvoorheffing (op jaarbasis)
1 588 euro
2 1 572 euro
3 4 164 euro
4 7 212 euro
5 10 512 euro
6 13 812 euro
7 17 148 euro
8 20 808 euro
Meer dan 8 20 808 euro + 3 660 euro per kind ten laste boven het 8ste

Is het kind ten laste gehandicapt? Dan wordt het als twee kinderen gerekend.

In de eindbelasting vertaalt het voordeel zich in een verhoging van de belastingvrije som. De toegepaste vermindering aan bedrijfsvoorheffing wordt met de eindbelasting verrekend.

Onder welke voorwaarden kan een student fiscaal ten laste blijven?

Jongeren met een studentenjob moeten aan drie voorwaarden voldoen om ten laste te blijven van hun ouders:

  1. Ze moeten deel uitmaken van het gezin van de ouders
  2. Ze mogen niet tewerkgesteld zijn bij de ouders in eigen naam
  3. Ze moeten beperkte inkomsten hebben

1. Deel uitmaken van het gezin van de ouders

De jobstudent moet op 1 januari van het aanslagjaar deel uitmaken van het gezin van de ouders. Voor het inkomstenjaar 2024 moet er dus nagegaan worden of de student op 1 januari 2025 deel uitmaakte van het gezin.

Deel uitmaken van het gezin betekent dat de jobstudent werkelijk en duurzaam met zijn ouders samenwoont. De naleving van deze voorwaarde wordt gecontroleerd op basis van de feitelijke elementen die specifiek zijn voor elke situatie.

Kan een student op kot fiscaal ten laste blijven?

Een kind dat tijdelijk niet in het gezin verblijft (bijv. omdat het tijdens de week op kot verblijft), kan soms toch nog fiscaal ten laste blijven. De beoordeling hangt af van verschillende criteria, maar wat zeker een rol speelt is of de ouders regelmatig hebben bijgedragen in de kosten van voeding, kledij, gezondheidszorgen…

2. Niet tewerkgesteld zijn bij de ouders in eigen naam

Studenten kunnen niet meer ten laste zijn wanneer zij bij hun ouders worden tewerkgesteld zijn en van hen een loon krijgen dat voor de ouders een beroepskost is.

Voorbeeld: Peter

Peter is loodgieter en heeft een eenmanszaak (zelfstandige natuurlijke persoon). Tijdens de zomervakantie wenst hij zijn zoon Mathias aan te werven. Het loon dat Peter aan Mathias zal betalen, zal voor Peter een beroepskost vormen aangezien hij een eenmanszaak heeft. Mathias zal bijgevolg niet meer ten laste kunnen zijn.

De situatie is anders wanneer Peter een vennootschap zou hebben, want dan neemt de vennootschap Mathias in dienst. De vennootschap (en niet Peter) neemt dan het loon ten laste, waardoor Mathias ten laste kan blijven van zijn vader.

 

3. Beperkte inkomsten hebben

Het maximumbedrag van de inkomsten dat een kind mag verdienen om  fiscaal ten laste te blijven van de ouders is verhoogd voor 2023 en 2024.

De bovengrens van de nettobestaansmiddelen werd immers verhoogd naar 7.010 euro voor 2023 (aanslagjaar 2024) en naar 7.290 euro voor 2024 (aanslagjaar 2025). 

Bovendien is deze bovengrens nu dezelfde voor alle kinderen, ongeacht de burgerlijke staat van de ouder van wie ze ten laste (alleenstaand, gehuwd of wettelijk samenwonend).  

Concreet betekent dit dat de netto bestaansmiddelen van de jobstudent niet meer mogen bedragen dan 7 290 (bedrag inkomstenjaar 2024) om ten laste te blijven van hun ouders.

Deze maatregel is het gevolg van de verhoging van de jaarlijkse bovengrens voor uren studentenarbeid van 475 naar 600 uren voor 2023 en 2024.  

Lees meer : "Meer nettobestaansmiddelen voor kinderen ten laste" 

Wat zijn de netto bestaansmiddelen?

De bestaansmiddelen van een student zijn alle regelmatige en occasionele inkomsten die al dan niet belastbaar zijn.

Voorbeelden hiervan zijn lonen, inkomsten van onroerende goederen, vakantiegeld, gewaarborgd inkomen…

Een aantal inkomsten zijn echter uitgesloten.

Van bruto naar netto

Het maximumbedrag van de bestaansmiddelen dat gerespecteerd moet worden, is een nettobedrag.

Via volgende stappen kunt u de bruto- netto berekening doen:

  1. Tel het brutobedrag aan bestaansmiddelen dat u als jobstudent (studentenarbeid of student- zelfstandige) verdiende op en verminder dit bedrag met de sociale bijdragen. Op die manier verkrijgt u het belastbaar bedrag aan bestaansmiddelen.
  2. De eerste schijf van dit belastbaar bedrag van uw studentenarbeid is vrijgesteld van belasting. Die schijf (3 310 euro voor inkomstenjaar 2024) mag u dus van dat bedrag aftrekken.
  3. Bereken uw overig bruto inkomen dat u verdiende langs een andere weg dan via een studentencontract. Verminder dat bedrag met de sociale bijdragen.
  4. Tel het resultaat van punt 2 en 3 samen. Zo verkrijgt u het totaal belastbaar inkomen.
  5. Op dat totaal belastbaar bedrag mag u een kostenforfait van 20% toepassen, met een minimumbedrag van 550 euro (bedrag inkomstenjaar 2024). U mag echter ook altijd uw hogere werkelijke kosten bewijzen.
  6. De uitkomst van die som zijn uw netto bestaansmiddelen.

Een voorbeeld

Maxima is student en verdient in het weekend een centje bij als barbediende in een café met een studentenovereenkomst. Op jaarbasis levert haar dit een belastbaar loon op van 4.000 euro (d.w.z. na aftrek van de sociale bijdragen).

Daarnaast werkt zij in juli als helper in de bouw met een gewone arbeidsovereenkomst. Hiervoor krijgt ze een belastbaar loon van 1.600 euro (d.w.z. na aftrek van de sociale bijdragen).

Kan Maxima ten laste blijven van haar ouders? Om dat te weten, berekenen we hierna haar netto bestaansmiddelen berekenen. Maxima kiest voor het kostenforfait en niet voor het bewijs van haar werkelijke onkosten.

A. Belastbaar loon studentencontract (horeca)

4.000 EUR

Vrijstelling van de eerste schijf van de inkomsten op basis van de studentenovereenkomst

- 3 310 EUR

Resultaat belastbaar loon studentenovereenkomst

690 EUR

B. Belastbaar loon arbeidsovereenkomst (bouw)

1 600 EUR

Totaal belastbaar loon A + B

2 290 EUR

(690 + 1 600)

Kostenforfait van 20% (met minimaal aftrekbare kosten 550 euro)

- 550 EUR

TOTAAL AAN NETTO BESTAANSMIDDELEN

1 740 EUR

Conclusie: met een totaal aan netto bestaansmiddelen van 1 740 euro kan Maxima fiscaal ten laste blijven van haar ouders. De grens is namelijk 7 290 euro.

Moet de student een belastingaangifte indienen?

Ja, studenten moeten altijd een belastingaangifte doen, ook al hebben zij niets verdiend of hebben zij slechts beperkte inkomsten.

In die aangifte moeten alle belastbare inkomsten vermeld worden, ook het deel van de onderhoudsuitkeringen en de bezoldigingen dat niet als bestaansmiddelen wordt beschouwd (en waarmee dus geen rekening wordt gehouden om te bepalen of de student nog ten laste is van zijn of haar ouders).