Geen verbod voor alternerende opleidingen
Studenten die zijn ingeschreven in een avondschool of die onderwijs met een beperkt leerplan volgen mogen geen studentenovereenkomst sluiten. Een studentenovereenkomst is echter wel mogelijk voor:
- De studenten die enkel deeltijds onderwijs of een deeltijdse vorming volgen, maar enkel gedurende de perioden van de schoolvakanties
- De studenten die een systeem van alternerend leren en werken volgen, dat, enerzijds, bestaat uit een theoretische vorming in een onderwijsinstelling of opleidingscentrum ingericht, gesubsidieerd of erkend door de bevoegde overheid en, anderzijds, uit een praktische opleiding op de werkplek
Voor wie?
Deze regel geldt voor alle stelsels van alternerend leren en werken van de verschillende gemeenschappn. Dit geldt bijvoorbeeld voor jongeren die een overeenkomst van alternerende vorming (“contrat de formation en alternance” in Franstalig België) of een overeenkomst voor een alternerende opleiding (in het Vlaams Gewest) volgen.
Onder welke voorwaarden?
Om een jongere die een alternerende opleiding volgt als student te werk te stellen, moeten een aantal voorwaarden in acht genomen worden:
- De jongere moet als student tewerkgesteld zijn bij een andere werkgever, om verwarring met zijn leerwerkplek te vermijden
- De RSZ preciseert dat deze voorwaarde niet geldt voor de zomermaanden (juli en augustus), zodat de jongere ook bij zijn stagegever een vakantiejob kan doen
- De jongere mag enkel als student worden tewerkgesteld gedurende de dagen dat hij geen theoretisch onderwijs of theoretische opleiding moet volgen, of niet aanwezig moet zijn op de werkvloer
- De studentenarbeid is uitsluitend mogelijk indien de jongere niet geniet van een werkloosheidsuitkering of een inschakelingsuitkering. Eens iemand beschikbaar is voor de arbeidsmarkt, is studentenarbeid niet meer mogelijk