Het exacte aantal vakantiedagen wordt immers berekend op basis van de effectieve of daarmee gelijkgestelde prestaties die tijdens het jaar dat voorafgaat aan het jaar waarin de vakantie opgenomen wordt (het vakantiedienstjaar), verricht werden. Bovendien wordt het recht op vakantie in dagen uitgedrukt.
Voltijdse tewerkstelling
Een werknemer die heel het jaar 2021 voltijds gewerkt heeft als loontrekkende, heeft in 2022 recht op 20 of 24 vakantiedagen naargelang zijn wekelijkse arbeidsregeling zich over 5 of 6 dagen uitstrekt. Dit stemt overeen met 4 vakantieweken in zijn arbeidsregeling. Heeft deze werknemer in 2021 slechts 6 maanden gewerkt, dan zal hij recht hebben op 10 of 12 dagen afhankelijk van zijn wekelijkse arbeidsregeling.
Voor een bediende gebeurt de berekening als volgt: hij heeft recht op 2 dagen vakantie per gepresteerde of gelijkgestelde maand gedurende het vakantiedienstjaar (in een 6-dagen stelsel). Een onvolledige maand opent geen recht op 2 dagen vakantie.
Voor de arbeiders wordt gebruik gemaakt van een omzettingstabel, waarbij het aantal gewerkte en gelijkgestelde dagen wordt omgezet naar een aantal vakantiedagen.
Deeltijdse tewerkstelling
Voor de deeltijdse werknemers past men dezelfde berekeningswijze als voor de voltijdse werknemers toe (maximum 4 weken). Hun rechten zullen echter wel in verhouding tot hun prestaties staan. Een halftijdse werknemer die heel het jaar door enkel in de voormiddag werkt, zal dus recht hebben op 20 of 24 voormiddagen vakantie (5 of 6 dagenstelsel).
Het exacte aantal vakantiedagen wordt immers berekend op basis van de effectieve of daarmee gelijkgestelde prestaties die tijdens het jaar dat voorafgaat aan het jaar waarin de vakantie opgenomen wordt (het vakantiedienstjaar), verricht werden. Bovendien wordt het recht op vakantie in dagen uitgedrukt.
Tijdelijk werkloze werknemers in 2021
Werknemers die vorig jaar in tijdelijke werkloosheid wegens coronaovermacht werden geplaatst zullen hier geen nadeel van ondervinden voor hun vakantierechten in 2022. De tijdelijke werkloosheidsdagen ten gevolge van de coronacrisis gelegen in de période van 1 januari tot en met 31 december 2021 werden immers gelijkgesteld met gepresteerde dagen.
Voorbeeld: Frederik was in 2021 4 maanden tijdelijk werkloos vanwege de coronacrisis. Hij heeft de resterende maanden gewerkt.
Frederik heeft recht op jaarlijkse vakantie voor de 8 gepresteerde maanden. Hij heeft echter niet gepresteerd gedurende de periode tijdelijke werkloosheid. Hij zal toch recht hebben op de volledige 4 weken jaarlijkse vakantie, omdat de 4 maanden tijdelijke werkloosheid gelijkgesteld worden met effectieve arbeidsprestaties.
Geen recht op 4 weken vakantie?
Een werknemer die vorig jaar geen volledig jaar gewerkt heeft, zal dit jaar geen recht hebben op 4 weken wettelijke vakantie. Onder bepaalde voorwaarden zal hij zijn wettelijke vakantiedagen evenwel kunnen aanvullen met:
- Aanvullende Europese vakantiedagen
- Jeugdvakantiedagen
- Seniorvakantiedagen
Door gebruik te maken van deze mogelijkheden, zal de werknemer eventueel toch 4 weken vakantie kunnen nemen.
De werknemer die niet aan de voorwaarden voor deze aanvullende stelsels voldoet, zal uiteraard enkel zijn wettelijke vakantiedagen kunnen opnemen.
Meer info?
Voor meer informatie over de jaarlijkse vakantie verwijzen we u naar ons dossier over de jaarlijkse vakantie.
Bronnen