Als de werkgever vergoedingen toekent voor die verplaatsingen, worden die vergoedingen dan ook niet beschouwd als kosten die worden veroorzaakt door de uitoefening van de beroepsactiviteit voor rekening van de werkgever of van de rechtspersoon, maar als specifieke vergoedingen.
De woon-werkvergoedingen worden door de werkgever aan zijn personeel toegekend op basis van:
- Een wettelijke verplichting
- Een collectieve arbeidsovereenkomst
- Een bedrijfsovereenkomst
Als er geen sectorale of specifieke bepalingen zijn, zijn het de wet van 27 juli 1962 en de cao’s nr. 19/9 en 19/10 van 23 april en 28 mei 2019 die de werkgever verplichten om een tegemoetkoming te betalen in de kostprijs van de verplaatsingen die de werknemer met het openbaar vervoer doet (trein, tram, bus, metro).
In deze fiche nemen we de sociale aspecten van deze vergoedingen onder de loep bij de werknemer, de werkgever en de zelfstandige bedrijfsleider. De fiscale aspecten worden in twee andere fiches belicht: