In de wetgeving wordt geen minimuminhoud bepaald. Na het advies van de arbeidsarts en het Comité voor preventie en bescherming op het werk, is het de werkgever die bepaalt:
- Het vereiste basismateriaal (deken, individuele EHBO-kit…),
- De inhoud van de verbanddoos,
- De locatie waar het materiaal zich moet bevinden,
- Of er aanvullingen nodig zijn.
We raden echter nog wel een minimuminhoud aan die wordt aangevuld in functie van de resultaten van de risicoanalyse.
In zijn brochure “Eerste hulp op het werk" stelt de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg ook een Indicatieve inhoud van de verbanddoos voor, evenals aanvullingen die in specifieke situaties en in ondernemingen met specifieke risico's moeten worden voorzien.
In de ondernemingen die zijn onderverdeeld in departementen of afdelingen, opgesplitst op verschillende locaties, moet minstens één verbanddoos per arbeidsplaats ter beschikking worden gesteld.