Op basis van deze uitbreiding komen voortaan meer ondernemingen als KMO in aanmerking voor bepaalde fiscale vrijstellingen van doorstorting van bedrijfsvoorheffing.
Definitie van “KMO” voor bepaalde fiscale maatregelen
Sommige fiscale maatregelen waren tot nu toe enkel van toepassing op ondernemingen die een kleine “vennootschap” zijn in de vennootschapsrechtelijke zin van het woord. Dit komt omdat deze maatregelen verwijzen naar artikel 1:24 §§ 1 tot 6 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen (WVV).
Ondernemingen die voldeden aan de criteria van dit wetsartikel (onder andere in verband met jaaromzet, balanstotaal, en personeelsbestand, maar geen echte “vennootschap” waren (art. 1:5 § 2 WVV) vielen bijgevolg uit de boot voor de fiscale maatregelen. Dergelijke uitsluiting was echter nooit de bedoeling van de wetgever.
Via de wet diverse fiscale bepalingen worden deze maatregelen nu uitgebreid naar ondernemingen die strikt genomen geen “vennootschap” zijn volgens het vennootschapsrecht, maar fiscaal wel als dusdanig worden beschouwd.
De ondernemingen moeten bijgevolg niet noodzakelijk meer een kleine vennootschap zijn op basis van artikel 1:24 §§ 1 tot 6, het volstaat dat zij voortaan “op overeenkomstige wijze” beantwoorden aan de criteria die werden opgenomen in dit wetsartikel.
Voortaan komen bijgevolg niet enkel kleine “vennootschappen” in aanmerking voor deze fiscale maatregelen, maar ook andere rechtspersonen die een onderneming exploiteren of zich bezighouden met activiteiten van winstgevende aard, zoals sommige vzw’s of buitenlandse entiteiten zonder rechtspersoonlijkheid.
Voor welke fiscale maatregelen is deze uitbreiding van belang?
Op het vlak van de loonfiscaliteit heeft deze uitbreiding in het bijzonder gevolgen voor volgende gedeeltelijke fiscale vrijstellingen van doorstorting van bedrijfsvoorheffing:
- Wetenschappelijk onderzoek (R&D) voor wat de bachelordiploma’s betreft. De fiscale vrijstelling voor R&D voor bachelors bedraagt, net zoals voor masters en doctors, 80% van de ingehouden bedrijfsvoorheffing. Ze is wel beperkt tot:
- 25% van de toegepaste vrijstelling voor werknemers met een master of doctordiploma
- 50% van dit bedrag wanneer de onderneming een kleine vennootschap is. Voortaan is het dus niet meer vereist dat de onderneming een kleine “vennootschap” is op basis van het vennootschapsrecht. Ook andere entiteiten komen in aanmerking
- IPA-korting: de structurele vrijstelling van 0,12% is voortaan niet meer enkel van toepassing op kleine vennootschappen die vennootschapsrechtelijk een KMO zijn. Het volstaat dat deze ondernemingen en natuurlijke personen op “overeenkomstige wijze” aan de voorwaarden van artikel 1:24 , § 1 tot 6 voldoen.
- Startende ondernemingen (start-ups): hetzelfde geldt voor startende ondernemingen die willen genieten van de fiscale vrijstelling van 10% van de ingehouden bedrijfsvoorheffing.
- Opleiding van werknemers
Wanneer treedt deze maatregel in werking?
Op 25 juli 2022, de tiende dag na publicatie ervan in het Belgisch Staatsblad.
Wat doet Securex voor u?
Als je vragen hebt over de maatregelen van de wet diverse fiscale bepalingen, kan je jouw Legal advisor contacteren via myHR@securex.be.
Om te bepalen of je onderneming een KMO is voor de fiscale maatregelen die we bovenstaand besproken hebben, kan je best contact opnemen met jouw boekhouder of accountant.
Bron:
Wet van 5 juli 2022 houdende diverse fiscale bepalingen (1), Belgisch Staatsblad van 15 juli 2022