Bij de ontvangst van de fiches 218.20 vergelijken sommige documentatiecentra-bedrijfsvoorheffing vluchtig de bezoldigingen van de bedrijfsleiders met de op deze bezoldigingen ingehouden voorheffing en soms stellen ze vast dat er geen of te weinig voorheffing werd ingehouden in vergelijking met de in bijlage III vastgestelde wettelijke inhoudingen.
In dat geval stellen zowel de onderneming/ rechtspersoon, als de bedrijfsleider zich bloot aan sancties.
In hoofde van de onderneming/ rechtspersoon (schuldenaar bedrijfsvoorheffing):
- De schuldenaar van de bedrijfsvoorheffing wordt dan van ambtswege belast. Deze is dus verplicht om de niet ingehouden bedrijfsvoorheffing te betalen [1]
- Nalatigheidsintresten [2]
- Administratieve sancties [3]
In hoofde van de bedrijfsleider is de niet-ingehouden bedrijfsvoorheffing een voordeel van alle aard van het jaar waarin hij datgene verkregen heeft wat tot een rechtzetting van zijn aanslag en over het algemeen tot een verhoging van zijn sociale bijdragen van zelfstandigen zal leiden. Een niet ingehouden bedrijfsvoorheffing die betrekking heeft op een inkomstenjaar en aan de administratie betaald wordt tijdens een later jaar zal steeds aangegeven worden met de inkomsten waarop deze niet-ingehouden bedrijfsvoorheffing betrekking heeft.
[1] Artikel. 86 van het koninklijk uitvoeringsbesluit.
[2] Artikel 414 WIB.
[3] Artikel 445 WIB. Die bedraagt 10% van het niet-betaalde bedrag, met een minimum van 50 euro en een maximum van 1.250 euro. Deze boetes zijn van toepassing per periode van bedrijfsvoorheffing.