De stageovereenkomst
Om een werkervaringsstage op te starten, moet er een overeenkomst worden afgesloten. Die overeenkomst wordt afgesloten tussen de VDAB of haar partnerorganisatie, de werkzoekende en de werkgever.
Het model van die overeenkomst wordt door de VDAB vastgelegd en bevat de volgende informatie:
- De identiteit van de partijen
- De aanvangsdatum van de werkervaringsstage en de duur ervan
- De omschrijving van de activiteiten die in het kader van de werkervaringsstage plaatsvinden op de werkvloer
- De rechten en plichten van de partijen, vermeld in het decreet van 30 april 2004 houdende het Handvest van de Werkzoekende en de wetgeving op de arbeidsbescherming
De werkervaringsstage bedraagt maximaal 6 maanden[1]. Tijdens de duur van de werkervaringsstage zal de VDAB de werkzoekende regelmatig opvolgen.
Het stageplan
Vanaf 1 januari 2023 moet in het kader van de werkervaringsstage een stageplan worden afgesloten. In dat stageplan worden de volgende bepalingen opgenomen:
- De aan te leren competenties en de manier waarop ze worden aangeleerd
- Als die informatie niet kan worden opgenomen, moet beschreven worden hoe de beginsituatie van de niet-werkende werkzoekende in kaart kunnen worden gebracht
- De doelstelling van de stage
Dimona-aangifte
De VDAB moet een Dimona-aangifte STG voor de stagiair doen.
Aangezien het hier gaat om een vorm van tewerkstelling waarvoor de werkgever geen loon of vergoeding moet betalen, dient er geen DmfA-aangifte te gebeuren.
[1] Het is de VDAB die bepaalt hoe lang de stage zal duren.