Indien de werknemer gedurende een lange periode afwezig is wegens ziekte zal hij niet steeds in de mogelijkheid zijn om zijn vakantie op te nemen voor 31 december van het vakantiejaar. Daar deze dagen niet overgedragen mogen worden, zal de werkgever op het einde van het jaar (uiterlijk op 31 december) het vakantiegeld moeten uitbetalen. Dit vakantiegeld bestaat uit:
- Het normale loon voor de nog niet opgenomen dagen, op basis van het loon van de maand december
- Indien het dubbel vakantiegeld nog niet of nog niet volledig betaald werd, een toeslag van 92% van het loon van december, gedeeld door respectievelijk 24, 20, 16, 12, 8 of 4 (afhankelijk van het regime van de bediende: 6, 5, 4, 3, 2 of 1 arbeidsdagen per week), vermenigvuldigd met het aantal niet opgenomen dagen. We merken hier op dat de vermenigvuldiging vermoedelijk moet gebeuren met het aantal dagen waarvoor nog geen dubbel vakantiegeld betaald is (niet steeds gelijk aan het aantal niet opgenomen dagen!)
Opmerking: op het enkel vakantiegeld voor de niet-opgenomen dagen zijn geen socialezekerheidsbijdragen verschuldigd. De RSZ heeft ons hierover het volgende laten weten:
“Op basis van artikel 19, §1, derde lid van het koninklijk besluit van 28 november 1969 zijn socialezekerheidsbijdragen verschuldigd op het bedrag van het normaal loon voor de vakantiedagen. Een arrest van 28 maart 1984 van de 4de Kamer van het Arbeidshof te Antwerpen, waarin de RSZ berust, stelt echter dat het enkel vakantiegeld dat wordt uitbetaald aan werknemers die arbeidsongeschikt zijn wegens ziekte of ongeval, en die niet in staat zijn hun vakantiedagen op te nemen, niet overeenstemt met het normale loon voor de vakantiedagen.
Er zijn dus geen socialezekerheidsbijdragen verschuldigd op het wettelijk enkel vakantiegeld (berekend op gewoon en op variabel loon) dat wordt uitbetaald aan bedienden die ziek blijven tot het einde van het jaar en hun vakantie dus niet kunnen opnemen.
Het bedrag van dit enkel vakantiegeld wordt in het geheel niet in de DmfA-aangifte vermeld. De niet opgenomen vakantiedagen zelf worden met de prestatiecode 50 (ziekte of ongeval van gemeen recht), 60 (arbeidsongeval) of 61 (beroepsziekte) vermeld.
Opgelet, op het dubbel vakantiegeld blijft de bijzondere bijdrage ten laste van de werknemer verschuldigd gelijk aan 13,07%.”
Wijziging vanaf het vakantiejaar 2024
Vanaf 1 januari 2024 worden deze regels aangepast. Een uitstel met 24 maanden wordt voorzien bij schorsing van de arbeidsovereenkomst ten gevolge van bepaalde gebeurtenissen.
Let wel : De werknemer zal zijn vakantiegeld voor de uitgestelde dagen gedurende het vakantiejaar - het jaar waarin hij deze dagen normaal had moeten opnemen - uitbetaald krijgen.