Begrip zelfde werkgever
Het is van belang om te weten hoe het begrip werkgever [1] gedefinieerd wordt.
Zowel de RSZ als de fiscus aanvaarden dat de anciënniteit die verworven is bij verschillende werkgevers die deel uitmaken van een zelfde groep of van dezelfde technische bedrijfseenheid eveneens in acht genomen kan worden.
Hierbij baseren ze zich op een geheel van criteria om deze begrippen van groep en technische bedrijfseenheid te bepalen. Zo gaan zij na:
- Of het een verbonden of geassocieerde vennootschap betreft [2]
- Of er in de verschillende juridische entiteiten die mekaar opvolgen of naast mekaar bestaan gemeenschappelijke personen werkzaam zijn
- Of de plaats van tewerkstelling dezelfde is of in de nabijheid van de vroegere plaats van tewerkstelling gelegen is (dit is geen doorslaggevend criterium)
- Of de activiteiten identiek, gelijkaardig of complementair zijn
- Of het materiaal van de onderneming volledig of gedeeltelijk hetzelfde is [3]
Niet de strikte naleving van alle voorwaarden op zich is doorslaggevend, maar wel de beoordeling van de criteria in hun samenhang.
Berekening van de anciënniteit
Om te bepalen of een werknemer 25 of 35 jaar anciënniteit bereikt, aanvaardt de RSZ dat alle jaren die de werknemer bij dezelfde werkgever of bij verschillende werkgevers die deel uitmaken van dezelfde groep of een zelfde technische bedrijfseenheid, gewerkt heeft in aanmerking genomen worden. Het maakt hierbij niet uit of deze tewerkstelling al dan niet ononderbroken was.
Ook de jaren dat de werknemer met een leerovereenkomst bij de werkgever tewerkgesteld was, mogen mee in aanmerking genomen worden voor de berekening van de anciënniteit.
Hoewel de circulaire over de anciënniteitspremies zich niet uitdrukkelijk uitspreekt over het onderwerp van de (on)onderbroken anciënniteit vermeldt ze wel dat, in het kader van het streven naar het parallellisme tussen de RSZ en de fiscaliteit, dezelfde regels gehanteerd worden als bij de RSZ.
[1] Dat wil zeggen elke natuurlijke of rechtspersoon die krachtens een arbeidsovereenkomst een of meer werknemers tewerkstelt (art. 1, §1 van de wet van 29 juni 1981, Belgisch Staatsblad van 2 juli 1981).
[2] In de zin van artikelen 1:20 en 1:21 van het Wetboek Vennootschappen en Verenigingen (WVV)
[3] Nr. 20 van de voornoemde circulaire.