Voorstellen
Deze gebeuren op initiatief van het comité zelf zonder dat het daar uitdrukkelijk om wordt verzocht.
Het CPBW kan op eigen initiatief voorstellen formuleren over:
- Het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk;
- Het globaal preventieplan en het jaarlijks actieplan opgesteld door de werkgever, alsook over de wijzigingen, uitvoering en resultaten ervan;
- De verfraaiing van de arbeidsplaats en de omgeving ervan.
Aanstelling van een afvaardiging van het CPBW
- Het CPBW vaardigt sommige van zijn leden (zowel vertegenwoordigers van de werkgever als van de werknemers) af om samen met de bevoegde preventieadviseur en het bevoegde lid van de hiërarchische lijn, periodiek en ten minste één maal per jaar, een grondig onderzoek in te stellen op alle arbeidsplaatsen waarvoor het comité bevoegd is;
- Het CPBW wijst een afvaardiging aan die zich onmiddellijk ter plaatse begeeft, wanneer er ernstige risico’s zijn en telkens als er een ernstig ongeval of incident gebeurd is, of wanneer ten minste één derde van de afvaardiging erom verzoekt;
- Het CPBW wijst een afvaardiging aan om de ambtenaren van de dienst Toezicht op het welzijn op het werk te woord te staan tijdens hun controlebezoeken.
Initiatiefrecht
Dit recht beoogt het geval waarin de preventieadviseur of de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer vervangen wordt omdat:
- Hij niet langer het vertrouwen van het CPBW geniet en zijn onafhankelijkheid en zijn bekwaamheid in vraag gesteld worden;
- En alle werknemersvertegenwoordigers daarom verzoeken.
Specifieke bevoegdheden
Het gaat hier inzonderheid om:
- De aanmoediging van de IDPB en de opvolging van de goede werking van deze dienst;
- De uitwerking en uitvoering van de maatregelen betreffende het onthaal van de werknemers, de informatie en opleiding over de preventie en de bescherming op het werk;
- Het onderzoek van de klachten van de werknemers over het welzijn op het werk;
- De betrekkingen met de EDPB.
Betrekkingen met de dienst Toezicht op het welzijn op het werk
Het comité verleent zijn medewerking aan de ambtenaren van de dienst Toezicht op het welzijn op het werk indien zij daarom verzoeken.