Het aldus bekomen bedrag wordt in mindering gebracht van de totaliteit van de bedrijfsvoorheffing die de werkgever voor al zijn werknemers samen voor de betrokken maand moet doorstorten. Er is dus geen berekening noch aftopping van het voordeel op het niveau van de individuele werknemer, maar wel globaal over alle werknemers heen.
Wat is de berekeningsgrondslag [1]?
In de berekeningsgrondslag mogen enkel de loonelementen worden opgenomen:
- Die aan de sociale zekerheid zijn onderworpen
- Of die in aanmerking worden genomen voor de berekening van de verschuldigde bedrijfsvoorheffing (met inbegrip van de loonelementen waarop volgends de regels van bijlage III KB/WIB 92 geen werkelijke bedrijfsvoorheffing verschuldigd is wegens hun te gering bruto belastbaar bedrag of wegens bijzondere afwijkingen)
Zo zullen bijvoorbeeld de bezoldigingen die worden toegekend in het kader van flexi-jobs deel uitmaken van de berekeningsgrondslag. Hoewel deze fiscaal zijn vrijgesteld, zijn zij immers onderworpen aan een bijzondere sociale zekerheidsbijdrage. Hetzelfde geldt voor de bijpassing economische werkloosheid. Hoewel deze niet aan de sociale zekerheid is onderworpen, is hier in beginsel bedrijfsvoorheffing op verschuldigd.
Maaltijdcheques bijvoorbeeld maken dan weer geen deel uit van de berekeningsgrondslag aangezien zij zowel sociaal als fiscaal zijn vrijgesteld (op voorwaarde dat aan alle voorwaarden ter zake voldaan wordt).
[1] Circulaire AAFisc. Nr. 42/2016 (nr.Ci.705.550) dd 9 december 2016.