Bijvoorbeeld omdat de werknemer besloten heeft toch bij zijn huidige werkgever te blijven of omdat hij een betere job gevonden heeft. Indien de andere partij niet akkoord gaat met de beëindiging van de overeenkomst, rest er geen andere mogelijkheid dan de eenzijdige verbreking.
De wet op de arbeidsovereenkomsten specificeert nergens dat de uitvoering van de overeenkomst reeds begonnen moet zijn, om ze te kunnen beëindigen. Het Hof van Cassatie heeft dan ook geoordeeld dat de bepalingen van de wet op de arbeidsovereenkomsten en meer bepaald de bepalingen met betrekking tot het ontslag in deze hypothese onverkort van toepassing zijn [1] en dit standpunt werd meerdere malen bevestigd.
Opgelet echter! Indien slechts een loutere belofte tot het sluiten van een arbeidsovereenkomst is gedaan en deze wordt niet nagekomen, dan zijn de burgerrechtelijke regels van toepassing, aangezien er nog geen arbeidsovereenkomst tot stand gekomen is. Het 'slachtoffer' kan dan eventueel een schadevergoeding volgens het gemeen recht eisen. Hiertoe moet hij, naast het bestaan van een fout (het ontslag), ook de schade en de omvang ervan kan bewijzen [2].
[1] Hof van Cassatie, 10 april 1974.
[2] Meestal wordt in de rechtspraak rekening gehouden met de opzegtermijn die van toepassing zou zijn geweest als het contract tot stand was gekomen om het bedrag van de schadevergoeding te bepalen.