Tijdstip van aflevering
Wanneer een werkgever vertrekvakantiegeld betaalt, overhandigt hij eveneens een (of twee) vakantieattest(en) aan de bediende. Met deze vakantieattesten kan de werknemer dan bij zijn nieuwe werkgever zijn vakantierechten opeisen en kan de nieuwe werkgever de berekening van het vakantiegeld regulariseren.
Het vakantieattest voor een uitzendkracht dient slechts afgeleverd te worden bij het einde van het vakantiedienstjaar, tenzij de laatste tewerkstelling als uitzendkracht al voor die tijd zou plaatsvinden.
Opmerking: wanneer er een vertrekvakantiegeld uitbetaald wordt omwille van een verlaging van de arbeidsduur van de werknemer, moet er geen vakantieattest opgemaakt worden. De werknemer blijft dan immers in dienst bij dezelfde werkgever.
Vermeldingen
Op het vakantieattest moeten de volgende vermeldingen voorkomen:
- De periode gedurende welke de bediende in dienst was en eventueel de gelijkgestelde periode
- De overeengekomen arbeidsduur en eventueel de wijzigingen bij een verlaging van arbeidsduur
- De brutobedragen van het betaalde enkel en dubbel vertrekvakantiegeld en eventueel de periodes waarop deze bedragen betrekking hebben
- De socialezekerheidsbijdragen betaald door de werkgever
- Het aantal vakantiedagen dat reeds door de bediende werd opgenomen en het regime waarin hij deze heeft opgenomen
- De brutobedragen van het aanvullend vakantiegeld dat werd betaald
- Het aantal aanvullende vakantiedagen die reeds werden genomen door de bediende en de arbeidsregeling waarin die vakantiedagen werden genomen