Het saldo van het mobiliteitsbudget wordt één keer per jaar in speciën aan de werknemer uitbetaald. Zoals u kunt vaststellen, wordt deze pijler ontmoedigd in het voordeel van de eerste en tweede pijlers. De werknemer heeft er alle belang bij dat het bedrag van dit saldo zo laag mogelijk is.
Sociale behandeling
Net als de eerste en tweede pijler, is de derde pijler uitgesloten van het loonbegrip voor de toepassing van de gewone sociale zekerheidsbijdragen.
De werknemer is echter een bijzondere bijdrage van 38,07 % verschuldigd op het bedrag van de derde pijler. Dit bedrag is gelijk aan de som van de gewone persoonlijke en werkgeversbijdragen die normaal verschuldigd zijn op het loon.
Daarnaast dient de derde pijler als grondslag voor de berekening van de uitkeringen in de diverse takken van de sociale zekerheid (met uitzondering van jaarlijkse vakantie).
Fiscale behandeling
De derde pijler is op fiscaal vlak een beroepsinkomen dat vrijgesteld is van belasting. Het bedrag dat overeenstemt met de derde pijler is overigens volledig aftrekbaar.
Wettelijke referenties
- Artikel 38 §3 novodecies van de wet van 29 juni 1981
- Artikel 38, §1 van het WIB 1992, 1e lid, 33°