Werkloosheidsuitkeringen
De werkgever is verplicht om een werkloosheidsbewijs (C4) over te maken aan de werknemer, ongeacht de reden voor de verbreking van de overeenkomst. Dat betekent dat dit document steeds moet worden overgemaakt zelfs wanneer de verbreking uitgaat van de werknemer (ontslagneming of verbreking in gemeenschappelijk akkoord) en eveneens op de vervaldag van een overeenkomst voor bepaalde duur of een overeenkomst voor een duidelijk omschreven werk.
Het werkloosheidsbewijs moet uiterlijk op de laatste werkdag aan de werknemer overhandigd worden. Dankzij dit formulier kan de werknemer werkloosheidsuitkeringen genieten voor zover hij uiteraard aan alle vereiste voorwaarden voldoet.
Ontslagcompensatievergoeding
De ontslagen arbeider die recht heeft op een ontslagcompensatievergoeding moet de aanvraag hiervoor doen via het werkloosheidsbewijs C4 (rubriek II van dat formulier).
Het formulier moet uiterlijk op de laatste arbeidsdag aan de arbeider bezorgd worden. Hiermee kan hij immers zijn aanvraagdossier bij zijn uitbetalingsinstelling (Hulpkas of vakbond) indienen en de betaling van de ontslagcompensatievergoeding door de RVA bekomen.
Sancties
De werkgever die deze verplichtingen niet naleeft, stelt zich bloot aan strafrechtelijke of administratieve sancties. Voor een overzicht van deze sancties verwijzen we u naar het trefwoord “Tijdelijke werkloosheid en werkloosheid” in de fiche “Sociaal Strafwetboek - 4. De inbreuken”, onder de federale rubriek van ons dossier over het Sociaal strafrecht. U vindt dit terug in de rubriek Sociaal/Dossiers.
Indien u aangesloten bent bij het Sociaal Secretariaat Securex kunt u een beroep doen op uw Client Advisor die u een reeds ingevuld C4 zal overmaken. Opgelet! Vergeet niet de juiste reden voor de werkloosheid te vermelden en het document te ondertekenen vooraleer u het aan de werknemer overmaakt.