Wanneer de technische stoornis in de loop van een arbeidsdag plaatsvond, heeft de werknemer voor de niet-gewerkte uren recht op gewaarborgd dagloon [1]. Deze arbeidsdag, die door de technische stoornis onderbroken werd, wordt als de eerste dag van de periode van 7 dagen beschouwd.
Tijdens deze periode van 7 dagen kan de werkgever aan de werknemer vragen om vervangingswerk te verrichten. De werknemer is niet verplicht dit te aanvaarden, maar als hij weigert, verliest hij zijn recht op loon. De weigering kan evenwel door de werkgever niet ingeroepen worden als een dringende reden die een ontslag rechtvaardigt.
Het vervangingswerk dat de werkgever aanbiedt, moet in overeenstemming zijn met de lichamelijke en verstandelijke capaciteiten van de werknemer en verenigbaar zijn met zijn beroepskwalificatie. In geval van betwisting heeft de rechter het laatste woord.
Indien het vervangingswerk dat aan de werknemer opgedragen wordt normaal aan een hoger loon vergoed wordt dan het normale loon van de werknemer, dan heeft hij recht op het hogere loon. Wordt het echter normaal aan een lager loon vergoed, dan behoudt de werknemer het recht op zijn normale, hogere loon.
[1] Artikel 27 van de wet van 3 juli 1978.