Om van dit recht gebruik te kunnen maken, moeten de volgende voorwaarden vervuld zijn:
- De som van de beide deeltijdse tewerkstellingen moet minstens een voltijdse tewerkstelling omvatten [1]. De RVA heeft laten weten dat deze ‘voltijdse tewerkstelling’ gespreid moet zijn over 5 dagen of meer, net zoals voor een gewone voltijder
- De werkgever(s) waarbij de aanvraag wordt ingediend, moet(en) zijn(hun) instemming geven. Het is dus geen onvoorwaardelijk recht voor de werknemer [2]
Het is niet vereist dat er een onderling verband tussen de verschillende werkgevers bestaat.
Modaliteiten
Het 1/5 tijdskrediet kan opgenomen worden bij 1 van de 2 werkgevers of proportioneel bij de 2 werkgevers.
Opname bij 1 werkgever
Indien de vermindering bij 1 werkgever wordt opgenomen, is enkel het akkoord van deze werkgever vereist. De werknemer dient bij zijn aanvraag bij zijn werkgever een bewijs te voegen van zijn tewerkstelling bij de andere werkgever, zodat zijn werkgever kan controleren dat de twee deeltijdse tewerkstellingen wel degelijk een voltijdse tewerkstelling vormen.
Bij zijn aanvraag aan de RVA moet eveneens een verklaring, ingevuld door de andere werkgever, gevoegd worden zodat de RVA kan nagaan of de werknemer aan alle voorwaarden voldoet. De RVA heeft hiervoor een modelformulier voorzien.
Om de 1/5 vermindering te bepalen, wordt rekening gehouden met de voltijdse arbeidsduur in de onderneming waar de werknemer zijn aanvraag doet.
Voorbeeld: een werknemer werkt op maandag en dinsdag bij werkgever X (16u) en op woensdag, donderdag en vrijdag bij werkgever Y (24u). In totaal heeft hij dus een voltijdse tewerkstelling. Als werkgever Y akkoord gaat, kan hij een 1/5 tijdskrediet met motief opnemen om op woensdag thuis te blijven om voor zijn kind te zorgen.
Opname bij 2 werkgevers
De 1/5 loopbaanvermindering kan ook proportioneel worden opgenomen bij elk van de 2 werkgevers. In dat geval moeten:
- Beide werkgevers hun akkoord geven én
- Moeten de aanvang en de duurtijd bij beide werkgevers identiek zijn én
- Moet de vermindering in totaal 1/5 van de gewogen voltijdse arbeidsduur bedragen, bijvoorbeeld 1/10 bij elke werkgever
Wanneer de werknemer zijn 1/5 tijdskrediet over 2 werkgevers wil spreiden, moet hij bij elk van beide een aanvraag doen en bij deze aanvragen een attest van de andere werkgever voegen, zodat elke werkgever kan nagaan dat de twee deeltijdse tewerkstellingen wel degelijk een voltijdse tewerkstelling vormen.
Er moeten ook 2 aparte aanvragen bij de RVA gebeuren, waarbij bij elk aanvraagformulier ook een verklaring, ingevuld door de andere werkgever, moet worden gevoegd, volgens het model opgemaakt door de RVA.
Voorbeeld: stel dat de werknemer uit ons vorige voorbeeld 2,5 dagen bij werkgever X werkt (maandag, dinsdag en woensdagvoormiddag) en 2,5 dagen bij werkgever Y (woensdagnamiddag, donderdag en vrijdag), dan zal de werknemer, als hij op woensdag wenst thuis te blijven, het akkoord van beide werkgevers moeten verkrijgen en ervoor zorgen dat zijn tijdskrediet bij zijn twee werkgevers op hetzelfde moment ingaat en eindigt.
Wegvallen van één deeltijdse functie
Het wegvallen van één van de deeltijdse functies betekent het einde van de opgenomen 1/5 loopbaanvermindering in het kader van tijdskrediet met motief of eindeloopbaan.
De som van beide tewerkstellingsbreuken is in dat geval immers niet langer minstens een voltijdse betrekking. Zodra één van de twee functies dus wegvalt, moet de werknemer de andere werkgever op de hoogte brengen om zo de volledige deeltijdse arbeidsovereenkomst bij deze werkgever terug te kunnen hernemen.
[1] Een werknemer die bij de ene werkgever 3/5 werkt en bij de andere 1/5, zal dus niet in aanmerking komen.
[2] Het akkoord van de werkgever is dus ook vereist in ondernemingen met meer dan 10 werknemers. Zelfs als de werknemer voldoet aan alle voorwaarden (anciënniteit en tewerkstelling) en de drempel niet overschreden is, mag de werkgever nog altijd weigeren.