De vraag of de werkgever tijdens een periode van schorsing van de arbeidsovereenkomst de bedrijfswagen kan terugeisen, hangt van het type van schorsing af.
Er bestaan immers periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst waarin de werknemer het recht op de betaling van zijn bezoldiging behoudt. Daar het persoonlijk gebruik van de bedrijfswagen deel van het loon uitmaakt, kan het voertuig hem dus slechts ontnomen worden wanneer de verplichting van de werkgever om de bezoldiging te betalen, eveneens geschorst is.
De werknemer behoudt dus het recht op het persoonlijk gebruik van de bedrijfswagen:
- Gedurende zijn jaarlijkse vakantie
- Tijdens de feestdagen
- Gedurende de dagen van arbeidsongeschiktheid die gedekt zijn door het gewaarborgd loon ten laste van de werkgever
- Ingeval van "klein verlet" of "omstandigheidsverlof".
Indien het evenwel om een verlof zonder wedde, voldtijds tijdskrediet, voltijds thematisch verlof of een afwezigheid wegens langdurige ziekte gaat waarvoor niet langer een loon uitbetaald wordt, heeft de werkgever het recht om tijdens deze periode de tijdelijke teruggave van het voertuig te eisen.