De verbrekingsvergoeding waarop de werknemer aanspraak kan maken indien zijn arbeidsovereenkomst verbroken wordt, moet naast de lopende bezoldiging ook de verworven voordelen krachtens de overeenkomst omvatten.
Volgens de rechtspraak vormt de toekenning van een bedrijfsvoertuig aan de werknemer waarmee hij privétrajecten aflegt zo een voordeel verkregen krachtens de overeenkomst en moet het dus in de berekeningsgrondslag van de verbrekingsvergoeding opgenomen worden [1].
Opgelet! Dat voordeel wordt geraamd op de genotswaarde van het voertuig en het persoonlijk voordeel dat de werknemer eruit haalt en niet op de waarde aangegeven bij de RSZ en/of de belastingadministratie.
[1] De rechter die het voordeel bestaande uit het persoonlijk gebruik van een bedrijfswagen moet ramen, is niet verplicht zich aan de raming opgemaakt door de partijen te houden.