Welk soort van controle de werkgever ook wil uitvoeren bij het verlaten van de werkplaats, hij moet steeds de volgende voorwaarden gelijktijdig naleven:
De controle moet een gewettigd doel hebben
De controle is slechts toegestaan indien ze bedoeld is om diefstal van goederen in de onderneming of op de arbeidsplaats te voorkomen of vast te stellen. Ze mag dus niet dienen om de prestaties van de werknemers te meten of om hun aanwezigheid te controleren.
De controle moet proportioneel zijn
De uitgangscontrole moet toereikend en ter zake dienend zijn en ze mag niet overmatig zijn ten aanzien van het beoogde doel. Op die manier wordt de werkgever ertoe aangespoord voorrang te geven aan het invoeren van maatregelen om diefstal in zijn onderneming te voorkomen, die het minst ingrijpen in de persoonlijke levenssfeer van de werknemers.
De controle wordt uitsluitend door bewakingsagenten uitgevoerd
De controle mag enkel gebeuren door middel van elektronische en/of technische detectiesystemen of door een bewakingsfirma, in het kader van haar controleactiviteit van de personen om de veiligheid te garanderen (op plaatsen die toegankelijk zijn voor het publiek). De controle mag dus niet uitgevoerd worden door de werkgever, zijn vertegenwoordigers of een privédetective die door hem in dienst genomen is.
Bovendien zijn systematische uitgangscontroles slechts toegestaan indien ze via een elektronisch of technisch detectiesysteem gebeuren.
De controle moet transparant zijn
De werkgever moet zowel vooraf als bij de lancering van het controlesysteem[1] de nodige inlichtingen verstrekken aan de ondernemingsraad[2]. Die informatie moet minstens betrekking hebben op::
- De perimeter van de onderneming of van de werkplaats
- De diefstalrisico’s in de onderneming of op de werkplaats
- De maatregelen die werden/worden getroffen om die risico’s te voorkomen of te verhelpen
- De controlemethodes
Bovendien moeten de werknemers van de onderneming ten laatste op het ogenblik waarop zij de onderneming of de arbeidsplaats betreden met een zichtbare verwittiging geïnformeerd worden dat er controles aan de uitgang verricht kunnen worden.
Opmerking: voor het invoegen van de informatie over de uitgangscontroles in het arbeidsreglement moet de wijzigingsprocedure gevolgd worden. Dat is echter niet nodig wanneer het gaat om een wijziging van de informatie betreffende de uitgangscontroles en de aanstelling van de bewakingsfirma die zal instaan voor de controle.
Naast de informatieplicht moet de werkgever de toestemming krijgen van de werknemers die gecontroleerd kunnen worden:
- Indien het gaat om de controle van één of meer werknemers op basis van ernstige vermoedens, is de individuele toestemming van de betrokken werknemer(s) altijd vereist
- Indien het om een systematische controle of een controle bij wijze van steekproef gaat, volstaat een collectieve toestemming. Deze moet blijken uit de notulen van de ondernemingsraad of van het comité voor preventie en bescherming op het werk betreffende die controles of, bij ontstentenis van die organen, uit de vermelding van het controlerecht door de werkgever in arbeidsreglement[3]
- De uitgangscontrole beperkt zich uitsluitend tot de vrijwillig voorgelegde goederen door de werknemer die hij op zich draagt, in zijn handbagage meeneemt of die zich in zijn wagen bevinden
[1] Of bij ontstentenis aan het comité voor preventie en bescherming op het werk of, bij ontstentenis, aan de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis, aan de werknemers.
[2] Die informatie moet de ondernemingsraad in staat stellen om met kennis van zaken over te gaan tot gedachtewisselingen waarbij de leden hun adviezen, suggesties of bezwaren kunnen formuleren (artikel 3 van de cao nr. 9)..
[3] Men kan hiervoor ook een collectieve arbeidsovereenkomst op het niveau van de onderneming sluiten.