Herinner je je januari nog? De arbeidsmarkt stond in brand. Het aantal vacatures haalde recordhoogtes en het aantal werklozen daalde zienderogen. De spanningsindicator van de VDAB sprak van nog amper drie beschikbare kandidaten per vacature. Voor de hoger geschoolden daalde de werkloosheid zelfs tot nauwelijks 3%: quasi volledige tewerkstelling.
Begin dit jaar traden een aantal trends die al langere tijd sluimerden concreet op de voorgrond. Het jarenlange technologiepessimisme maakte plaats voor beginnend optimisme. Een studie van Agoria toonde aan dat voor elke job die verloren gaat door technologie en automatisering er 3,7 nieuwe jobs zouden bijkomen in de komende jaren. De Belgische overheid schakelde een versnelling hoger om de activatie van 15-65-jarigen omhoog te krijgen. Ruim 150 000 werkende Belgen kiezen (al dan vrijwillig) voor het freelance-statuut, aangemoedigd door de vele freelance-platformen die als paddenstoelen uit de grond schieten. De gig economy is niet langer een rariteit.
De economische groei leek weliswaar al in januari te vertragen, maar door de combinatie van groei- en vervangingsaanwervingen (omdat een talrijke generatie babyboomers nog altijd te vroeg – lees: op gemiddeld 61 jaar – de arbeidsmarkt verlaat), zag de toekomst voor werkzoekenden er bijzonder rooskleurig uit.
Fast forward naar april
Amper drie maanden later, maar de situatie ziet er helemaal anders uit. Meer dan één miljoen tijdelijk werkloze Belgen, wegens overmacht. Na bijna vijf jaar daling stijgt de werkloosheid in België voor het eerst. In sectoren zoals commerciële dienstverlening, horeca, gespecialiseerde retail, bioscopen en kappers worden alle activiteiten aan banden gelegd. In sommige valt alles zelfs volledig stil. Iedereen wie het kan, wordt gevraagd om te thuiswerken. Terwijl in januari,onder normale omstandigheden, ongeveer 1 op 5 werkenden dit occasioneel 2 dagen per week deed, loopt thuiswerk vandaag in sommige bedrijven op tot 100% bij 6 op 10 werknemers. Bedrijven en zelfstandigen vragen massaal om ondersteuning van de overheid om het hoofd boven water te houden. De eerste cijfers van Federgon zijn alarmerend: de sector van HR-dienstverleners kreeg ongemeen zware klappen te verwerken in de maand maart.
Een visionair en bijzonder interessant rapport van het Steunpunt Werk & Economie over de toekomst van de arbeidsmarkt richting 2050[1] wijst op een aantal kritische randvoorwaarden: “We beseffen goed dat het, zelfs op de korte termijn, helemaal anders en ook goed fout kan lopen”. Die zin klinkt ons, in de huidige context, bijna als profetisch in de oren (zie blog 2020: het jaar van de 'Zwarte zwaan').
Hoe moet het nu verder?
De toekomst van het freelance-statuut zal alvast ongetwijfeld aan populariteit inboeten. Mensen zullen opnieuw kiezen voor meer zekerheid en dus een vast contract nastreven. We kunnen massaal jobverlies verwachten door organisaties die gaan voor herstructureringen en collectieve werkloosheid om de crisis te overleven. Die tijdelijke werkloosheid kan de sociale zekerheid op korte termijn doen ontsporen. Werkgevers staan ongetwijfeld ook voor grote uitdagingen op vlak van retentie van hun talent in een periode waarin promoties misschien niet aan de orde zijn.
En toch? Never waste a good crisis. Deze uitzonderlijke situatie biedt ook de kans om een aantal grote werven die al jaren stil liggen opnieuw leven in te blazen. Een ‘new deal’ in de wetgeving rond werk en werkorganisaties kan overheden relatief snel toelaten om een aantal pijnpunten aan te pakken. De tijd is rijp voor een ander soort (arbeidsmarkt-)beleid. Een beleid naar Scandinavisch model, dat werkt op het verhogen van de werkbaarheid van jobs, het ondersteunen van de inzetbaarheid via het faciliteren van maatwerk, én rekening houdt met de diversiteit en de complexiteit van vraag en aanbod van de arbeidsmarkt. Het uiteindelijke doel is om effectief en efficiënt impact te hebben op het verlengen van de loopbanen, het verhogen van de activiteitsgraad, en het overbruggen van de kloof tussen werkloosheid en werk.
Net zoals de overheid nauwgezet naar het advies van Marc Van Ranst en Steven Van Gucht luistert in coronatijden, zou diezelfde overheid zich na de crisis kunnen laten bijstaan door een onafhankelijke, multidisciplinair samengestelde raad van experten die op basis van evidence-based inzichten de lijnen voor de toekomst uitzet. Een dagelijkse persconferentie zal niet nodig zijn, maar als we de zwarte zwaan willen verbannen, zal het wel vooruit moeten gaan.
Frank Vander Sijpe - Director HR Research Securex
Patrick Lootens - Director Innovation Securex