De bepalingen over de arbeidsduur zijn van openbare orde. Dat betekent dat de werkgever en de werknemer niet mogen afwijken van deze bepalingen. Als ze hierover een overeenkomst sluiten, zou die absoluut nietig zijn.
De werkgever die overuren heeft doen presteren, maar de inhaalrust niet heeft toegekend en/of het verschuldigde overloon niet heeft betaald, zal door het Toezicht op de sociale wetten verplicht worden om de situatie te regulariseren en deze uren te betalen. Hij moet dan het overloon en de niet-opgenomen inhaalrust betalen, berekend tegen 150% of 200% van het normale uurloon.
Doorgaans eist het Toezicht op de sociale wetten dat de inhaalrust en het overloon worden geregulariseerd voor de periode van 3 jaar die voorafgaat aan de datum waarop de overtreding is vastgesteld.
Niet-naleving van de dag- en weekgrenzen van de arbeidstijd wordt bestraft met een sanctie van niveau 2. Raadpleeg voor een overzicht van de toepasselijke sancties op het gebied van arbeidsduur, ‘Inspectie en sociaal strafrecht - Inbreuken - Arbeidsduur’
Als de werkgever de modaliteiten van betaling van het loon niet naleeft, wordt dit loon geacht niet te zijn betaald en loopt hij een administratieve en strafrechtelijke sanctie van niveau 3 op.
Kijk voor een overzicht van de toepasselijke sancties op ‘Sociale inspectie en sociaal strafrecht - Inbreuken – Loon en andere voordelen’.