Inloggen
Service & Contact Securex.be
Inloggen

Welke betalingen moet u verrichten bij beëindiging van de overeenkomst?

De werkgever moet de volgende betalingen overmaken.

Laatst bijgewerkt op 18 januari 2024

Aan de werknemer

  • Het loon voor de dagen gepresteerd in de laatste maand van tewerkstelling
  • Het eventuele saldo van de verbrekingsvergoeding
  • Het vertrekvakantiegeld
  • Een pro rata eindejaarspremie indien de sectorale of bepalingen op ondernemingsvlak dit zo regelen
  • Het loon voor de feestdagen die vallen binnen de 14 of 30 dagen na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst

Voor bepaalde werknemers kunnen daarnaast nog specifieke betalingen verschuldigd zijn, zoals bijvoorbeeld de uitwinningsvergoeding voor handelsvertegenwoordigers, de niet-concurrentievergoeding, de sluitingsvergoeding of de vergoeding collectief ontslag.

Indien u meer informatie wenst over deze betalingen kan u steeds onze uitleg over de formaliteiten van de afsluiting raadplegen onder de rubriek Beëindiging door de werkgever.

Aan het Sluitingsfonds

Principe

De wet van 26 december 2013 tot invoering van het eenheidsstatuut heeft voorzien dat de werkgever een bijzondere compenserende bijdrage verschuldigd is op de verbrekingsvergoeding betaald in geval van onmiddellijke beëindiging zonder naleving van de opzegtermijn of in geval van beëindiging in gemeenschappelijk akkoord [1].   

Deze bijdrage is echter enkel verschuldigd op dat deel van de verbrekingsvergoeding dat opgebouwd is op basis van de geleverde prestaties vanaf 1 januari 2014.

Voorbeeld: Een bediende is in dienst bij de werkgever sinds 1 januari 2013.  Hij wordt ontslagen met een verbrekingsvergoeding op 15 januari 2021.  Zijn verbrekingsvergoeding zal gelijk zijn aan het loon voor 3 maanden (op basis van zijn anciënniteit tot 31/12/2013) + 24 weken (op basis van zijn anciënniteit vanaf 01/01/2014). De bijdrage wordt enkel berekend op dat deel van de verbrekingsvergoeding dat overeenstemt met de 24 weken loon opgebouwd vanaf 1 januari 2014.

Percentage

Het bedrag van deze bijdrage is gelijk aan:

  • 1% van de vergoeding indien het jaarloon van de werknemer tussen 44.509 en 54.508 euro ligt
  • 2% van de vergoeding indien het jaarloon van de werknemer tussen 54.509 en 64.508 euro ligt
  • 3% van de vergoeding indien het jaarloon hoger is dan 64.508 euro

Het jaarloon wordt berekend op basis van de loon- en prestatiegegevens van het laatste kwartaal waarin prestaties werden aangegeven volgens de volgende formules:

  • Voor voltijders: loon [2]/aantal dagen x 260
  • Voor deeltijders: ((loon [3]/aantal uren) x aantal uren van de maatpersoon per week/5) x 260

Modaliteiten

Een koninklijk besluit heeft bepaald wat begrepen moet worden onder loon, dagen en uren, rekening houdend met de codificatie die wordt gebruikt door de instelling bevoegd voor de inning van de socialezekerheidsbijdragen [4]. 

Deze bijdrage wordt geïnd door de RSZ en wordt gelijkgesteld met een socialezekerheidsbijdrage.

[1] Deze bijdrage is dus niet verschuldigd indien de arbeidsovereenkomst beëindigd wordt middels prestatie van een opzegtermijn.

[2] Aan 108% voor arbeiders.

[3] Aan 108% voor arbeiders.

[4] Koninklijk besluit van 9 maart 2014, Belgisch Staatsblad van 20 maart 2014, 2de editie.

Alle artikelen over Praktische vragen over de opzegtermijn