Hij moet onder meer:
- Zijn werk uitvoeren met de nodige zorg, eerlijkheid en plichtsbewustheid op de overeengekomen tijd en plaats en onder de overeengekomen voorwaarden
- Handelen overeenkomstig de bevelen en instructies die hem door de werkgever gegeven worden met het oog op de uitvoering van de overeenkomst
- Zich zowel tijdens de overeenkomst als na de stopzetting ervan, onthouden van het verspreiden van fabrieks- of zakengeheimen en de geheimhouding van elke zaak van persoonlijke of vertrouwelijke aard waarvan hij bij de uitvoering van de beroepswerkzaamheid kennis gekregen zou hebben, garanderen
- Zich zowel tijdens de overeenkomst of na de stopzetting ervan, onthouden van het verrichten of meewerken aan daden van oneerlijke concurrentie
- Zich onthouden van alles wat ofwel zijn eigen veiligheid ofwel deze van zijn collega’s, de werkgever of derden zou kunnen schaden
- De werkinstrumenten en de ongebruikte grondstoffen die hem toevertrouwd werden, in goede staat teruggeven aan de werkgever
Indien de werknemer bij de uitvoering van zijn overeenkomst schade aan zijn werkgever of aan derden berokkend heeft, is hij enkel aansprakelijk voor zijn eigen bedrog, zijn zware fout of zijn gewoonlijke lichte schuld [1].
[1] Artikel 18 van de wet van 3 juli 1978.