Als het gaat om geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk, is er sprake van een ‘verzoek tot formele psychosociale interventie wegens feiten van geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag'
Uiteraard kunnen werknemers voor dergelijke feiten ook een verzoek tot informele psychosociale interventie indienen.
Bijzondere vermeldingen
Het gedateerd en ondertekend document waarbij het verzoek tot formele psychosociale interventie voor feiten van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag wordt ingediend, bevat de volgende gegevens:
- De nauwkeurige beschrijving van de feiten die volgens de werknemer geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk uitmaken;
- desgevallend de beschrijving van het verband tussen de beoogde feiten en een discriminatiegrond;
- Het tijdstip en de plaats waarop elk van deze feiten zich hebben voorgedaan;
- De identiteit van de aangeklaagde;
- Het verzoek aan de werkgever om geschikte maatregelen te nemen om een einde te maken aan de feiten.
Ontvangst van het verzoek
Na het verplichte persoonlijk onderhoud neemt de preventieadviseur psychosociale aspecten of de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk waarvoor de preventieadviseur zijn opdrachten vervult, het verzoek dat persoonlijk werd overhandigd in ontvangst, ondertekent een kopie van dit verzoek en overhandigt dat aan de verzoeker. Die kopie geldt als ontvangstbewijs.
Indien het verzoek werd verzonden bij aangetekende brief, wordt het geacht te zijn ontvangen de derde werkdag na de verzendingsdatum.
Weigering door de preventieadviseur
De preventieadviseur psychosociale aspecten weigert de indiening van het verzoek tot formele psychosociale interventie voor feiten van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk wanneer de situatie die de verzoeker beschrijft, kennelijk geen geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk inhoudt.
De kennisgeving van de weigering of de aanvaarding van het verzoek gebeurt uiterlijk 10 kalenderdagen na de inontvangstneming van het verzoek. Bij gebrek aan een kennisgeving binnen deze termijn, wordt het verzoek geacht te zijn aanvaard na afloop van deze termijn.
Onderzoek van het verzoek door de preventieadviseur
In het kader van het onderzoek van het verzoek zal de preventieadviseur psychosociale aspecten:
- Zo snel mogelijk aan de aangeklaagde de feiten meedelen die hem worden ten laste gelegd;
-
licht de werkgever in over het indienen van het verzoek;
-
licht de werkgever in over het feit dat het verzoek melding maakt van feiten van geweld of pesterijen op het werk die al dan niet discriminatie uitmaken of van feiten van ongewenst seksueel gedrag op het werk;
- De personen, getuigen of anderen die hij nuttig oordeelt, horen en het verzoek op volledig onpartijdige wijze onderzoeken;
- deelt de werkgever onmiddellijk mee dat de werknemer die heeft getuigd en van wie hij de identiteit doorgeeft, beschermd is tegen nadelige maatregelen, op voorwaarde dat de betrokken werknemer heeft ingestemd met deze mededeling.
De aangeklaagde en de getuigen ontvangen een kopie van hun gedateerde en ondertekende verklaringen die, in voorkomend geval, de toestemming vermelden om hun verklaring over te maken aan het Openbaar Ministerie.
Bewarende maatregelen
Indien de ernst van de feiten het vereist, stelt de preventieadviseur bewarende maatregelen voor aan de werkgever alvorens zijn advies te overhandigen. De werkgever deelt zo snel mogelijk en schriftelijk aan de preventieadviseur psychosociale aspecten zijn gemotiveerde beslissing mee betreffende de gevolgen die hij aan de voorstellen voor bewarende maatregelen zal geven.
Opmerking: sinds 1 juni 2023 kunnen dergelijke maatregelen echter alleen worden genomen bij feiten van geweld of pesterijen die geen discriminatie uitmaken.