Wat is moederschapsverlof?
Een zwangere medewerker heeft recht op een moederschapsverlof van 15 weken, of 19 weken bij geboorte van een meerling.
Dit verlof bestaat uit 2 verschillende delen:
- Het prenataal verlof: het verlof voor de bevalling
- En het postnataal verlof: het verlof na de bevalling
Bereid je het zwangerschapsverlof van jouw medewerkster graag tijdig voor? Vul de uitgerekende bevallingsdatum in op onze moederschapsverlofcalculator en de simulatietool de rest!
Moederschapsverlof aangeven
Ten laatste zeven weken voor de vermoedelijke bevallingsdatum bezorgt je medewerker je een geneeskundig getuigschrift waarop de uitgerekende bevallingsdatum vermeld wordt. Bevalt ze na de voorziene datum, dan wordt het zwangerschapsverlof verlengd tot de werkelijke bevallingsdatum.
Bij een meerling moet je medewerker je het attest negen weken voor de uitgerekende datum bezorgen.
Formaliteiten bij het moederschapsverlof
Volgens de wettelijke bepalingen hebben medewerkers slechts één verplichting: de werkgever een medisch attest bezorgen dat de vermoedelijke bevallingsdatum vermeldt, en dit ten laatste 7 weken (of 9 in geval van geboorte van een meerling) voor deze vermoedelijke datum.
Je medewerker moet je dit attest ook bezorgen als ze niet van plan is om het facultatief prenataal verlof op te nemen. Beschik je niet over dit attest, kan je niet weten wanneer het prenatale verlof correct ingaat en mag je weigeren om dit te laten ingaan.
Belangrijk: het bezorgen van het medisch attest is niet vereist voor het laten ingaan van de ontslagbescherming van de zwangere medewerker.
Zwangerschapsverlof of prenataal verlof
Het prenataal verlof, ook wel gekend als zwangerschapsverlof, duurt 6 weken, waarvan de 5 eerste weken facultatief zijn en de 6de verplicht opgenomen wordt. Met andere woorden, je medewerkster moet zeker de week voor de uitgerekende bevallingsdatum in verlof gaan. Verder mag ze zelf kiezen vanaf wanneer ze haar zwangerschapsverlof opneemt. De dagen die ze niet opneemt, worden overgedragen tot na de bevalling.
In geval van een meerling, is dat 8 weken, waarvan de 7 eerste weken facultatief zijn en de 8ste week dus verplicht is. Dat is ook de reden waarom je medewerker bij een meerling het attest negen weken voor de uitgerekende datum dient te bezorgen. In theorie kan ze de week erop al in verlof gaan.
Postnataal verlof of bevallingsverlof
Het postnataal verlof, ook wel bevallingsverlof genoemd, duurt 9 weken. Vanaf de dag van de bevalling mag de moeder gedurende 9 weken niet werken. Hierop bestaat geen enkele uitzondering.
De duur van deze periode kan echter verlengd worden:
- Met 2 weken bij de geboorte van een meerling
- Met een bepaald aantal dagen in geval van hospitalisatie van het kind
- Met het niet-opgenomen facultatief prenataal verlof
- Met 1 week onder bepaalde voorwaarden in geval van arbeidsongeschiktheid tijdens de volledige duur van het prenataal verlof
Een voorbeeld:
Stel dat je medewerker beviel van een eenling op zondag 22 maart. Het facultatief prenataal verlof startte op maandag 10 februari, maar vanaf die dag is je medewerker ziek tot aan de bevalling.
De ziekteperiode van je medewerker vanaf 1 maart tot aan het begin van de verplichte bevallingsrust, die ingaat op zondag 15 maart, wordt gelijkgesteld met gewerkte dagen en overgeheveld naar het postnataal verlof. Het gaat om 14 dagen.
Aangezien die 14 dagen minder zijn dan 4 weken, zal het postnataal verlof van je medewerker automatisch met 14 dagen verlengd worden. Zij kan zelf vragen om het postnataal verlof met nog één bijkomende week te verlengen.
Deze 4 verlengingen kunnen gecumuleerd worden voor éénzelfde moederschapsverlof.
Opmerking: je medewerker kan in totaal ten hoogste vijf weken (zeven weken bij een meerling) van het prenatale verlof overgedragen naar het postnatale verlof. Bevalt ze in die laatste week van haar verplichte rust, dan is ze de overgebleven dagen van die week kwijt.
Postnatale rust omzetten in verlofdagen
De werkneemster mag de laatste twee weken van haar facultatieve postnatale rust omzetten in postnatale verlofdagen. Deze mogelijkheid bestaat enkel indien de werkneemster over minstens twee weken facultatieve postnatale rust beschikt.
Als werkgever ben je verplicht op deze vraag in te gaan.
Moederschapsuitkering
Gedurende het moederschapsverlof krijgt je medewerker een uitkering van het ziekenfonds. Het bedrag is vastgesteld op een percentage van het salaris. Tijdens de eerste dertig dagen van het moederschapsverlof wordt de uitkering berekend op het volledig salaris. Nadien wordt een geplafonneerd salaris in aanmerking genomen. Als werkgever moet je dus in deze periode geen loon uitkeren.
Moederschapsuitkering aanvragen
Voor de bevalling
Je medewerkster bezorgt aan haar mutualiteit een medisch getuigschrift dat de zwangerschap bevestigt en de vermoedelijke datum van bevalling en van het begin van het moederschapsverlof vermeldt.
Het is aangeraden dit document ten vroegste 7 weken voor de bevalling te bezorgen en ten laatste op het moment dat de werkneemster haar prenataal verlof opneemt.
Daarop ontvangt ze van het ziekenfonds een inlichtingenblad, dat gedeeltelijk door haar moet worden ingevuld en gedeeltelijk door de werkgever of de uitbetalinginstelling van werkloosheidsuitkeringen.
Na de bevalling
Je medewerkster moet aan haar ziekenfonds zo snel mogelijk na de geboorte een uittreksel van de geboorteakte bezorgen. Dit document laat toe de duur van de moederschapsrust definitief vast te stellen.
Op het einde van de moederschapsrust
Binnen de 8 dagen die volgen op het einde van het moederschapsverlof, moet de werkneemster een getuigschrift van werkhervatting aan de mutualiteit bezorgen. Dit is een document van het ziekenfonds dat de werkgever behoorlijk moet invullen.
Beschermende maatregelen tijdens zwangerschap en borstvoeding
Als werkgever is het belangrijk om te onthouden dat het moederschap nooit aanleiding mag geven tot discriminatie. Om dezelfde reden mag je bijvoorbeeld tijdens sollicitatiegesprekken niet polsen naar mogelijke zwangerschapsplannen.
Vanaf het moment dat je medewerkster je op de hoogte brengt van de zwangerschap en de verwachte bevallingsdatum, treden er enkele wettelijke beschermingsmaatregelen in werking. Eén van de meest bekende is de ontslagbescherming:
Vanaf het moment dat je op de hoogte bent van de zwangerschap, is ze beschermd tegen ontslag. Die ontslagbescherming loopt tot een maand na het postnatale verlof (met inbegrip van de verlengingen).
Er zijn nog beschermende regels bij zwangerschap of borstvoedingperiodes:
- Je werkneemsters hebben de mogelijkheid om tijdens de werkuren naar een zwangerschapsonderzoek te gaan, indien het niet lukt om dit buiten de arbeidsuren te regelen
- Overuren zijn niet toegestaan. Al zijn er enkele uitzonderingen op die regel, bijvoorbeeld voor personen met een vertrouwenspost of personen met een leidinggevende functie
- Nachtarbeid kan niet verplicht worden vanaf acht weken voor de vermoedelijke bevallingsdatum
- Er mag niet op plaatsen gewerkt worden waar je medewerkster of haar kind een gezondheidsrisico lopen. Als werkgever moet je in dat geval de arbeidsomstandigheden aanpassen of een aangepaste functie voorstellen. Is dat niet mogelijk, kan de preventieadviseur-arbeidsarts beslissen dat de medewerkster tijdelijk moet stoppen met werken (men spreekt hierbij ook van 'preventief verlof' of 'profylactisch verlof'). In dat geval kan ze een aanspraak maken op een uitkering van het ziekenfonds.
Heb je vragen over concrete situaties binnen je bedrijf?