Onvoorwaardelijk recht
Tot deze datum heeft een tewerkstelling dus geen gevolgen voor het recht op kinderbijslag ongeacht het type van overeenkomst (gewone of voor studenten) dat wordt gesloten en het aantal uren dat wordt gepresteerd.
Dit onvoorwaardelijk recht wordt verlengd tot de leeftijd van 21 jaar voor jongeren die 18 worden in 2019 (en de volgende jaren). Tot deze datum heeft een tewerkstelling dus geen gevolgen voor het recht op kinderbijslag voor zover de student met een studentenovereenkomst wordt tewerkgesteld en ongeacht het aantal uren dat wordt gepresteerd.
Deze verlenging is niet van toepassing indien de jongere werkloosheidsuitkeringen geniet of meer dan 240 uur per kwartaal werkt, met uitzondering dus van studentenovereenkomsten.
Voorwaardelijk recht van 18 tot 25 jaar
In Wallonië bepalen niet alleen de studies en het aantal gepresteerde uren, maar ook de geboortedatum van de student en zijn leeftijd of hij al dan niet recht heeft op kinderbijslag.
Men analyseert de situatie per kwartaal van het kalenderjaar. De lente- en kerstvakantie worden geïntegreerd in het overeenstemmende kwartaal (en dus niet gelijkgesteld met de grote vakantie).
De student is geboren vóór 1 januari 2001
- Het aantal uren om het recht op kinderbijslag te behouden is vastgelegd op 240 uren voor het eerste, tweede en vierde kwartaal. Indien de grens van 240 uren per kwartaal overschreden wordt, verliest de student zijn kinderbijslag voor het volledige kwartaal (3 maanden)
- Voor de grote vakantie (derde kwartaal) geldt er geen uurgrens voor zover de jongere de lessen hervat na de vakantie. Opgelet, van zodra de lessen aanvangen (al is het maar één uur in avondonderwijs beginnend op 1 september) eindigt de schoolvakantie (en het bijhorende kinderbijslagregime) automatisch. Vanaf dat moment geldt het kinderbijslagregime voor het vierde kwartaal, dus met de gelimiteerde uurgrens. Ook een alternerende opleiding maakt een einde aan de "grote vakantie" op 31 augustus.
De student is geboren vanaf 1 januari 2001 en hij is tussen de 18 en de 21 jaar
- Voor zover de student werkt met een studentenovereenkomst, blijft het recht onvoorwaardelijk tot hij de leeftijd van 21 jaar bereikt en dit dus onafhankelijk van het aantal uren dat hij werkt
- Indien hij tussen 18 en 21 jaar werkt met een andere overeenkomst is er een grens van 240 uur per kwartaal. Indien de grens van 240 uren per kwartaal overschreden wordt, verliest de student zijn kinderbijslag voor het volledige kwartaal (3 maanden)
De student is geboren vanaf 1 januari 2001 en hij is ouder dan 21 jaar
- Het aantal uren om het recht op kinderbijslag te behouden is vastgelegd op 240 uren voor het eerste, tweede en vierde kwartaal. Indien de grens van 240 uren per kwartaal overschreden wordt, verliest de student zijn kinderbijslag voor het volledige kwartaal (3 maanden)
- Voor de grote vakantie (derde kwartaal) geldt er geen uurgrens voor zover de jongere de lessen hervat na de vakantie. Opgelet, van zodra de lessen aanvangen (al is het maar één uur in avondonderwijs beginnend op 1 september) eindigt de schoolvakantie (en het bijhorende kinderbijslagregime) automatisch. Vanaf dat moment geldt het kinderbijslagregime voor het vierde kwartaal, dus met de gelimiteerde uurgrens. Ook een alternerende opleiding maakt een einde aan de "grote vakantie" op 31 augustus.
Overzicht
Tot 31 augustus van het jaar waarin de student 18 wordt (indien 18 in 2018 of vroeger)/ tot de maand waarin de student 21 wordt (indien 18 in 2019 of later)
Periode |
Soort overeenkomst |
Uurgrens |
1ste, 2de, 3de, 4de kwartaal (tot 31 augustus indien 18 in 2018 of vroeger) | Studentenovereenkomst of gewone overeenkomst |
Onbestaande (geen grens) 240 uur per kwartaal indien ouder dan 18 en tewerkgesteld met een gewone overeenkomst |
In de loop van de studies en tussen de academiejaren of schooljaren op voorwaarde van een effectief recht in juni
Periode |
Soort overeenkomst |
Uurgrens |
1ste, 2de, 4de kwartaal | Studentenovereenkomst of gewone overeenkomst | 240 uur per kwartaal (alle overeenkomsten samen) |
3de kwartaal |
Studentenovereenkomst of gewone overeenkomst |
Onbestaande |
Op het einde van de studies
Periode |
Soort overeenkomst |
Uurgrens |
Juli, augustus, september (*) | Studentenovereenkomst of gewone overeenkomst |
240 uur per kwartaal indien ouder dan 18 en tewerkgesteld met een gewone overeenkomst |
(*) Voor de prestaties die tijdens de grote vakantie (juli, augustus en september) van het laatste studiejaar worden verricht, is de grens van 240 uren wel van toepassing.
Sinds 1 augustus 2022 wordt er geen rekening meer gehouden met het maximumplafond van de maandelijkse brutobezoldiging voor de student die deeltijds onderwijs of een erkende opleiding of die een alternerende opleiding volgt (koninklijk besluit van 13 april 2023).
Lees ook via onze partner Infino: