Om welke situaties gaat het?
Het betreft het personeel dat bezoldigd is door wetenschappelijke instellingen die erkend zijn bij koninklijk besluit en houder is van een diploma van het hoger onderwijs en:
- Ofwel wetenschappelijke werkzaamheden verricht als assistent-onderzoeker en één of meer promotoren bijstaat [1] in de verwezenlijking van hun onderzoeksdoelstellingen
- Ofwel uitvoerende wetenschappelijke werkzaamheden verricht voor onderzoek op postdoctoraal niveau
Buiten de verplichting om een erkenning bij koninklijk besluit te verkrijgen, is het begeleid onderzoek in wetenschappelijke instellingen aan dezelfde voorwaarden onderworpen als het academisch onderzoek. We verwijzen u naar die rubriek.
Wat verstaat men onder gediplomeerde van het hoger onderwijs?
Het gaat minstens om een diploma dat aantoont dat men onderwijs heeft gevolgd aan een hogeschool met een looptijd van 3 jaar, dat zijn de "vroegere" graduaten A1. Sinds Bologna stemt dat overeen met een "professionele bachelor".
Assistent-onderzoeker en post-doctorandus
Assistent-onderzoeker
Oorspronkelijk komt dit specifieke begrip uit de academische wereld. De overheveling van dat begrip naar de wereld van de (erkende) wetenschappelijke instellingen moet in een functionele zin gebeuren. Een assistent-onderzoeker is dus een personeelslid dat in het bezit is van een diploma van het hoger onderwijs en dat aan wetenschappelijke projecten werkt als assistent-onderzoeker. Deze persoon staat één of meer promotoren bij in de verwezenlijking van hun onderzoeksdoelstellingen. Houders van een A1-diploma of professionele bachelor hebben een diploma van het hoger onderwijs [2].
Post-doctorandus
De postdoctorale onderzoekers moet men in statutaire zin begrijpen omdat er hierover geen andersluidende verduidelijking bestaat. Het gaat dus om de onderzoekers die houder zijn van een diploma van het hoger onderwijs en die uitvoerende wetenschappelijke werkzaamheden verrichten voor het onderzoek op postdoctoraal niveau [3].
Erkenning door een in de ministerraad overlegd koninklijk besluit
Om de gedeeltelijke vrijstelling van bedrijfsvoorheffing te mogen toepassen, moet de wetenschappelijke instelling de erkenning van de Koning verkrijgen. De wettekst vermeldt dat de erkenning de vorm moet aannemen van een in de ministerraad overlegd koninklijk besluit.
Op 1 juli 2004 werd een eerste reeks wetenschappelijke instellingen erkend. Sindsdien werd deze lijst regelmatig aangepast en opgenomen in bijlage IIIquater van het koninklijk uitvoeringsbesluit van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.
Let op! De procedure tot erkenning als wetenschappelijke instelling ligt al jaren stil omdat er een nieuw Koninklijk Besluit moet geschreven worden door het Kabinet van de Minister van Wetenschapsbeleid.
Vzw’s, wiens personeelsleden aan de vereiste voorwaarden voldoen (bv. diplomavereisten), hebben echter steeds de mogelijkheid om van de fiscale vrijstelling te genieten in de hoedanigheid van “onderneming die onderzoekers bezoldigen die meewerken aan onderzoeks- of ontwikkelingsprojecten of -programma’s en houder zijn van een doctoraat of een master- of bachelordiploma in de wetenschappen”.
Zij moeten hun onderzoeksprojecten (in tegenstelling tot erkende wetenschappelijke instellingen) dan wel aanmelden bij BELSPO.
Om welke bezoldigingen gaat het?
De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing mag door de erkende wetenschappelijke instelling op de gehele bezoldiging van de assistent- onderzoeker of postdoctorale onderzoeker berekend worden, zelfs indien de onderzoeker gedeeltelijk met andere taken belast is.
Besteding van de vrijgestelde bedragen: beperking
De beperking inzake het gebruik van de van doorstorting vrijgestelde bedragen is identiek [4] aan deze op het vlak van het academisch wetenschappelijk onderzoek. Gelieve de commentaar hierover te raadplegen.
Bijzondere bewijsformaliteit
Net zoals het academisch onderzoek zou de voorlegging van de aanstellingsakte (of de overeenkomst die de werknemer met de instelling bindt) moeten volstaan om aan te tonen dat de werknemer/onderzoeker tewerkgesteld is voor een activiteit van wetenschappelijk onderzoek.
[1] Lid van het leidinggevend personeel of verantwoordelijke voor de oriëntering van het onderzoek, statutaire organen, technische comités, raden van bestuur, wetenschappelijke raad.
[2] Circulaire nr. AAFisc 17/2015 (Ci.RH. 244/635.467) dd. 08.05.2015 punt 14 en 15.
[3] Circulaire nr. AAFisc 17/2015 (Ci.RH. 244/635.467) dd. 08.05.2015 punt 16.
[4] Artikel 275/3, § 1, 2e lid 2 in fine van het WIB 92.