In het kader van kleine flexibiliteit heeft de werknemer recht op zijn normale loon op basis van de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur.
De regeling van flexibele uurroosters heeft geen invloed op zijn loon. Het verband tussen de effectieve arbeidsprestaties en het betaalde loon komt niet exact overeen, aangezien de werknemer altijd hetzelfde loon ontvangt, ongeacht of hij volgens een normaal, minimaal of maximaal uurrooster heeft gewerkt.
Voorbeeld
|
|
|
Ontvangen loon |
|
Gemiddelde wekelijkse arbeidsduur |
38u |
38u |
|
Minimaal flexibel uurrooster |
33u |
38u |
|
Maximaal flexibel uurrooster |
45u |
38u |
Bovendien blijft het te veel betaalde loon verworven voor de werknemer als hij minder uren werkt dan de na te leven gemiddelde wekelijkse arbeidsduur (bv. als het contract afloopt of aan het einde van de referteperiode).
Voorbeeld
|
|
Gepresteerde uren |
Ontvangen loon |
|
Gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van 38 uren over 52 weken (referteperiode) |
1.976 uren |
1.976 uren |
|
Flexibel uurrooster van 1 januari tot 30 juni (43 uren per week) |
1.118 uren |
988 uren |
|
Flexibel uurrooster van 1 juli tot 31 december (33 uren per week) |
858 uren |
988 uren |
|
Een werknemer begint op 1 juli en komt terecht in de dalperiode. Hij werkt dus 858 uren, maar wordt betaald voor 988 uren. Hij ontvangt dus loon voor 130 extra uren die hij niet moet terugbetalen. |
858 uren |
988 uren |
Als de werknemer echter meer uren werkt dan de voorziene gemiddelde duur moet hem een aanvulling worden betaald.
Voorbeeld
De gemiddelde wekelijkse arbeidsduur is 38 uren/week. Het minimale flexibele uurrooster is 33 uren/week en het maximale flexibele uurrooster is 40 uren/week.
|
|
Maand 1* |
Maand 2 * |
Maand 3 * |
Maand 4 * |
Totaal |
|
Gepresteerde uren |
152 uren (38 uren x4) |
172 uren (43 x 4) |
132 uren (33 x 4) |
172 uren (43 x 4) |
628 uren |
De werknemer neemt ontslag tijdens de referteperiode, na een termijn van 4 maanden waarin hij 628 uren heeft gewerkt. Het verschuldigde loon bedraagt echter 608 uren (38 uren x 4 weken x 4 maanden). De werknemer heeft dus 20 uren meer gewerkt. Als gevolg hiervan moet de werkgever hem 20 uren betalen tegen 100 procent zonder overloon, omdat de overschrijding niet te wijten is aan het niet naleven van de voorwaarden voor kleine flexibiliteit door de werkgever.
(*) In dit voorbeeld gaan we er, om het eenvoudig te houden, van uit dat elke maand 4 weken telt. In werkelijkheid moet voor de berekening van het aantal uren te presteren per maand en voor de berekening van het maandloon volgende formule worden gehanteerd: 52 weken /4 kwartalen = 13 weken per kwartaal/3 = maandprestatie
Om te weten of de werkgever overloon is verschuldigd, raadpleeg hier.