Periode van bescherming
Vangt aan op de dag van de schriftelijke aanvraag (in principe 3 of 6 maanden voor de gewenste begindatum).
Eindigt:
- 3 maanden na de einddatum van het tijdskrediet
- 3 maanden na de weigering door de werkgever
Toegelaten redenen [1]
- Dringende reden
- Reden vreemd aan het tijdskrediet
Sanctie in geval van onregelmatige verbreking
- Compenserende opzegvergoeding (in het geval van een niet-gepresteerde opzeg)
- Forfaitaire vergoeding gelijk aan 6 maanden brutoloon [2]
Bij een vermindering van de arbeidsprestaties in het kader van tijdskrediet worden deze vergoedingen berekend op het niet-verminderde loon van de werknemer, d.w.z. alsof hij zijn arbeidsprestaties niet had verminderd. Wanneer de vermindering van de arbeidsprestaties voor onbepaald tijd werd overeengekomen (in geval van landingsbanen), worden die vergoedingen daarentegen berekend op het verminderde loon.
Cumul
Beschermingsvergoeding niet cumuleerbaar met de vergoeding wegens:
- Ontslag van een zwangere werkneemster
- Ontslag van een (kandidaat-) lid van de OR of het CPBW of van een vakbondsafgevaardigde
Wettelijke referenties
CAO nr. 77bis van 19 december 2001
CAO nr. 103 van 27 juni 2012
Artikel 39, § 2/1 van de wet van 3 juli 1978
[1] De bewijslast van de ingeroepen reden hoort de werkgever toe.
[2] Vergoeding niet onderworpen aan RSZ.