In deze situaties worden voorbereidende maatregelen voor een ontslag die tijdens de beschermingsperiode worden genomen gelijkgesteld met een ontslag tijdens de beschermingsperiode, met alle gevolgen van dien.
Voorbeeld: Carine, die pas moeder is geworden, wordt ontslagen nadat de periode van ontslagbescherming die ze wegens haar zwangerschap en bevalling genoot, is afgelopen. In principe is deze bijzondere bescherming dus niet meer van toepassing.
Tijdens de beschermingsperiode publiceerde haar werkgever echter een werkaanbieding om haar voor onbepaalde tijd in haar functie te vervangen. Deze publicatie wordt beschouwd als een handeling ter voorbereiding voor het ontslag. Aangezien deze handeling is verricht terwijl de beschermingsperiode van Carine nog liep, wordt deze maatregel gelijkgesteld met een tijdens de beschermingsperiode ter kennis gebracht ontslag.
Carine geniet daarom toch nog een bijzondere bescherming tegen ontslag. Haar werkgever moet dus kunnen aantonen dat haar ontslag is gegeven om redenen die geen verband houden met haar zwangerschap en bevalling. Hij moet het ontslag motiveren als Carine daarom vraagt. Doet hij dat niet, dan is een beschermingsvergoeding verschuldigd (meer informatie over moederschapsbescherming vind je hier).
De toepassing van deze maatregel wordt onder elk type van bescherming verduidelijkt.