Enkel de voltijdse werknemer of de werknemer van wie het uurrooster minstens 3/4 van een voltijds uurrooster bedraagt, kan zijn prestaties gedurende een periode van maximum 24 maanden (48 maanden bij een alleenstaande werknemer voor een van zijn kinderen van 16 jaar of jonger) tot een halftijdse tewerkstelling verminderen.
Opgelet! De werknemers in een onderneming die op 30 juni van het voorgaande kalenderjaar minder dan 10 werknemers tewerkstelde, kunnen hun prestaties enkel verminderen met het voorafgaand akkoord van hun werkgever.
Onder halftijdse tewerkstelling moet de helft van een voltijdse tewerkstelling begrepen worden en niet de helft van het uurrooster van de werknemer die het verlof voor medische bijstand wenst op te nemen.
Dit verlof moet per periode van minimum 1 maand en maximum 3 maanden opgenomen worden. De oorspronkelijke verlofperiode kan verlengd worden met een of meer periodes. De wetgever heeft gespecificeerd dat de verdeling van de vermindering van de arbeidsprestaties niet noodzakelijkerwijs hoeft te gebeuren met inachtneming van een duur van een maand of een veelvoud van een maand. Het volstaat dat de minimumduur van een maand en de maximumduur van drie maanden in acht genomen worden en dat de 1/2-tewerkstelling gedurende de overeengekomen periode wordt nageleefd. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om een periode van 6 weken te nemen.
Deze periodes hoeven elkaar niet op te volgen. Het verlof voor medische bijstand mag voor dezelfde patiënt echter nooit meer dan 24 (48) maanden duren.