Voorwaarden met betrekking tot de arbeidsovereenkomst
De werknemer moet gedurende de 15 maanden die aan de schriftelijke kennisgeving van de aanvraag aan de werkgever voorafgaan, minstens 12 maanden door een arbeidsovereenkomst met deze werkgever verbonden geweest zijn. Het is niet vereist dat deze periode van 12 maanden ononderbroken is.
Van deze anciënniteitsvoorwaarde kan niet afgeweken worden, zelfs niet in onderling akkoord tussen werkgever en werknemer.
Opmerking: het begrip werkgever moet in ruime zin geïnterpreteerd worden.
Uitzendkrachten
Eerdere perioden van tewerkstelling als uitzendkracht bij de werkgever in de hoedanigheid van gebruiker, om welke reden dan ook, worden meegeteld voor de berekening van de anciënniteit. Alle perioden van tewerkstelling als uitzendkracht gedurende de 15 maanden die aan de schriftelijke kennisgeving voorafgaan, worden dus meegeteld.
Voorwaarden met betrekking tot de leeftijd van het kind
Het recht op ouderschapsverlof wordt slechts toegekend:
- Bij de geboorte van een kind, uiterlijk tot het kind 12 jaar wordt
- Bij de adoptie van een kind, vanaf de inschrijving van het kind als lid van het gezin in het bevolkingsregister of vreemdelingenregister van de gemeente waar de werknemer zijn verblijf heeft, uiterlijk tot het kind 12 jaar wordt
De leeftijdsgrens is evenwel vastgesteld op 21 jaar voor een gehandicapt kind, dit is het kind dat voor ten minste 66% getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of dat een aandoening heeft die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag of dat een aandoening heeft die tot gevolg heeft dat ten minste 9 punten worden toegekend in de drie pijlers samen van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag [1].
Aan de voorwaarde van de twaalfde of eenentwintigste verjaardag moet uiterlijk gedurende de periode van ouderschapsverlof voldaan zijn. De RVA eist echter dat het ouderschapverlof uiterlijk de dag voor de 12de of 21ste verjaardag van het kind aanvangt.
Deze regel is eveneens van toepassing wanneer de werknemer het recht op ouderschapsverlof in schijven wenst uit te oefenen. Dit wil zeggen dat de laatste schijf van het ouderschapsverlof moet aanvangen uiterlijk de dag voor de 12de of 21ste verjaardag van het kind.
Voorbeeld: de werknemer dient een aanvraag in voor 3 maanden voltijds ouderschapsverlof en de 12de verjaardag van het kind valt in deze periode. De voorwaarde is vervuld aangezien het kind 12 jaar wordt tijdens de eerste periode van het ouderschapsverlof. De werknemer verliest echter zijn recht op de 4de maand aangezien hij de aanvraag voor die 4de maand zou doen nadat het kind 12 jaar geworden is. Wanneer de werknemer daarentegen zijn voltijds ouderschapsverlof in 4 opeenvolgende maanden aangevraagd had, had hij wel zijn volledige recht op ouderschapsverlof kunnen uitputten.
Deze beperking in tijd (tot 12 of 21 jaar) kan enkel overschreden worden wanneer de werkgever van de mogelijkheid gebruik maakt om het recht met maximum 6 maanden uit te stellen.
[1] Dit laatste criterium werd op 1 januari 2019 toegevoegd.