Misbruik van de benaming
Met een sanctie van niveau 4 wordt bestraft, eenieder die openbaar gebruik heeft gemaakt van de benaming “Fonds voor bestaanszekerheid” voor een andere instelling dan die welke worden opgericht met toepassing van de wet van 7 januari 1958 betreffende de Fondsen voor Bestaanszekerheid.
Niet-betaling van de bijdragen
Algemene sanctie
Met een sanctie van niveau 3 wordt bestraft, de werkgever, zijn aangestelde of zijn lasthebber die geen bijdrage heeft gestort aan het Fonds voor bestaanszekerheid binnen de termijnen en volgens de nadere regels die voorgeschreven zijn door zijn statuten.
De geldboete wordt vermenigvuldigd met het aantal betrokken werknemers.
Bijkomende sanctie
Wanneer de benadeelde derden zich geen burgerlijke partij hebben gesteld, veroordeelt de rechter die de straf uitspreekt of die de schuld vaststelt voor een inbreuk op deze bepalingen, de schuldenaar van onbetaalde bijdragen ambtshalve tot het betalen van de achterstallige bijdragen, de bijdrageopslagen en de verwijlinteresten.
Inbreuk op het principe van kosteloosheid van de toegekende voordelen
Met een sanctie van niveau 2 worden bestraft, de Fondsen voor bestaanszekerheid, hun aangestelden of lasthebbers die[1] niet de kosteloosheid waarborgen van de voordelen toegekend door de Fondsen voor bestaanszekerheid aan de rechthebbende door hen, op enigerwijze, kosten ten laste te leggen.
[1] In strijd met het artikel 5bis van de wet van 7 januari 1958 betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid.